Frans Examenlijst

accorder

verlenen

maintenir

handhaven

Effectuer

volbrengen, uitvoeren

Engager

aansnijden, beginnen

abandonner

opgeven

le dégât

schade

le sondage

enquête

tenir le coup

volhouden

le logiciel

software

ne ... guère

nauwelijks

brancher

inschakelen, aandoen

franchir

overgaan, oversteken

Embaucher

in dienst nemen

la messagerie

voicemail, antwoordapparaat

remonter

teruggaan (in de tijd); weer stijgen

déposer

neerzetten

s'en tirer

zich (eruit) redden

la gestion

beleid, management

partager

delen

qualifier

bestempelen

L'éclat (m)

schittering, pracht

la veille

de vorige dag, de vorige avond

peser

wegen

indigné

verontwaardigd

heurter

raken

parier

wedden

le lien

hand, link

le tapage

rumoer

la vertu

deugd, verdienste

la fidélisation

klantenbinding

affirmer

beweren,verklaren

faire le bond

opspringen

se détendre

zich ontspannen

l'addition (v)

rekening

la grève

staking

inciter à

aansporen

amener

meebrengen, meenemen

le smicard

minimumloner

L'écran (m)

(beeld)scherm

démarrer

starten

l'inconvénient (m)

nadeel, ongemak

aménager

inrichten

remettre

overhandigen

remporter

behalen, winnen

Enrégister

opnemen, opslaan

renoncer à

afzien van

pour cause

terecht

la gourmandise

snoeplust

faire face à

het hoofd bieden ana; het hoofd bieden aan

fournir

voorzien, leveren

ralentir

vertragen, afremmen

L'éclatement (m)

uitbarsting

lors de

tijdens

ne ... que

slechts

manier

hanteren

la voile

zeil

gêner

hinderen

ravissant

schitterend

gravir

beklimmen

chasser

jagen,wegjagen, verjagen

forcément

noodzakelijkerwijs, per se

la légitimité

rechtvaardiging

la raie

(haar)scheiding

soigner

(ver)zorgen

bafouer

vernederen

entrer en vigueur

in werking treden

la fatalité

noodlot

S'éloigner

weggaan

lorsque

toen

avoir ses règles

ongesteld zijn

veiller à

waken, toezien op

rémunérer

betalen, belonen

désormais

voortaan

incrédule

ongelovig

le volant

stuur

le bilan

balans, boekhouding; overzicht

la délibération

beraadslaging

fondre

smelten

baliser

(met pijlen) aangeven

L'émballage (m)

verpakking

loueur

huren

déboucher sur

leiden tot, resulteren in

vérifier

controleren

mettre à part

terzijde leggen

dénoncer

aangeven, aan de kaak stellen

le piège

valstrik, val

la caisse d'épargne

spaarbank

le licenciement

ontslag

accomplir

verrichten

l'héritage (m)

erfenis

la mise en garde

waarschuwing

à jamais

ooit

rejoindre

zich voegen bij

l'otage (m)

gijzelaar, gegijzelde

le lancement

lancering; invoering; het op de markt brengen

honteux

schandelijk

le mépris

minachting

s'adonner à

zich overgeven aan, zich laten gaan

le malentendu

misverstand

se balader

wandelen